dinsdag 15 maart 2011

MOMENT

TIJD: opeenvolgingen van ogenblikken of wel handelingen in het heden, het verleden of toekomst.

HEDEN: alsnu, thans, op dit ogenblik, heden ten dage, ten huidige dage, dato, dat?
Oh...a dato, nog, nu, heden.................... en voorbij
daar krijg je verleden van
VERLEDEN: onlangs, niet zo lang geleden,geleden het heden, voor nu, wanneer?
TOEKOMST: wat komt, later, dingen die gebeuren zullen, dat zal komen met tijd en boterhammen, morgen.

Allemaal woorden. Maar tijd bestaat toch uit jaren, maanden, minuten, seconden, klokken die tikken, cijfers die oplopen terwijl het buiten ligt en donker wordt.

Wanneer is pas afgelopen?
'Pas getrouwd!' Hangt al nu al twee jaar op het toilet van mijn schoonzus. Pas is na twee jaar toch echt wel voorbij. Dan zit je al in al. Na twee jaar is: 'Al getrouwd!' beter gepast.
Pas is als het om trouwen gaat, gister of twee weken geleden. Bij een maand houdt het op. Na een maand zeg je: "Ik ben overpas getrouwd."
Pas betekend als het over naar de supermarkt gaan gaat vanochtend of vanmiddag. Maar niet twee weken geleden en al helemaal niet een maand. Naar de supermarkt gaan doen mensen over het algemeen vaker dan trouwen. Daarom dat deze mensen, zoals mijn schoonzus, de gebeurtenis trouwen zo graag in toilet of gang hangen. Pas getrouwd zijn herinnerd haar aan dat mooie moment en wij mogen weten dat zij het heeft mogen meemaken. Maar pas was toen. Deze pas komt nooit meer. Je kan niet elk jaar het hele jaar door jarig zijn, die ballonnen moeten eens worden lek geprikt. Pas is helaas niet meer. Getrouwd zijn blijft over.

Nunet
"Net was hij nog hier." Net is minuten of eigenlijk seconden geleden. "Echt net nog." Verbaasd omdat het net lijkt of hij van de aardbodem is verdwenen.
Net ligt heel dicht bij nu. Net ligt vlak na nu. Een goede vriend van mij stottert. Als hij wil vertellen over nu is het alweer net voor dat hij de u heeft uitgesproken. Zo dicht ligt nu bij net.
Net, zoeven, nu net.
Als je wilt weten wat er net was moet je weten wat er nu gebeurd.

Nu is nu is nu is nu is nu is nu is nu is nu is nu isn ui snui snui

vroeger was alles anders.
omdat het vroeger is.
vroeger is niet nu en nu is niet anders
nu is alles anders.
omdat het eerder niet zo was.
eerder was het anders dan nu

vroeger was alles anders
omdat het nu niet meer zo is
nu is alles anders
omdat het vroeger niet zo was
wat was er vroeger dat er nu niet meer is
anders was vroeger
nu alleen als het vroeger niet was

nu is nu is nu is nu is nu is nu is nu is nu is u

Geen opmerkingen:

Een reactie posten